De krant van Enkhuizen en omstreken schrijft in 1855 dat Portugal stappen zet om de slavernij in zijn koloniën af te schaffen. Nederland, Spanje en Turkije zijn dan nog de enige Europese landen die de 'mensch-onteerende slavernij' in hun koloniën toestaan.
Nederland schafte de slavernij laat af. Eerst kwam in 1814 een einde aan de trans-Atlantische slavenhandel. Dat gebeurde bij Koninklijk Besluit en was een voorwaarde om een aantal koloniën van de Engelsen terug te krijgen. Maar daarmee was het houden van slaafgemaakten niet voorbij. Bovendien bleef de slavenhandel binnen het Caribisch gebied nog bestaan.
Door druk vanuit de samenleving en van andere landen werd in 1863 de Emancipatiewet aangenomen. Met deze wet werd de slavernij in Suriname en de Nederlandse Antillen afgeschaft. Enkele jaren eerder was dat al in Nederlands Oost-Indië gebeurd.